Windpokken / Waterpokken
Waterpokken, windpokken of wijnpokken is een infectie die veroorzaakt wordt door het varicella zoster virus. Er is geen verschil tussen windpokken of waterpokken. Beide termen mogen door elkaar gebruikt worden. Het is een typische kinderziekte. Bijna ieder kind krijgt windpokken, meestal voor de leeftijd van vier jaar. Eens je de windpokken gehad hebt ben je levenslang beschermd. Dit wil niet zeggen dat het virus verdwijnt. Het blijft genesteld in de onderrug en kan weer actief worden bij 60-plussers in de vorm van gordelroos (zona).
Hoe ontstaan de windpokken?
Het virus is zo besmettelijk dat het 90% van de mensen besmet die de windpokken nog niet gehad hebben. Het komt binnen via de luchtwegen. Wanneer een besmet persoon hoest of niest verspreidt het virus zich via druppeltjes die in de lucht terechtkomen. Wie zich in de buurt van deze persoon bevindt, ademt die druppeltjes in. Waterpokken kunnen ook doorgegeven worden via de handen of door dezelfde handdoek te gebruiken. Het duurt ongeveer twee weken eer de ziekte uitbreekt. Twee dagen voor de eerste symptomen opduiken is de persoon al besmettelijk.
Uitzonderlijk kunnen ook volwassenen waterpokken oplopen. Dit is het geval wanneer ze als kind niet besmet zijn geraakt, wanneer de infectie tijdens de kindertijd te mild was om voldoende afweer te ontwikkelen, of wanneer het afweersysteem verlaagd is.
Wat zijn de symptomen?
De besmette persoon krijgt koorts. Wanneer de koorts zijn hoogtepunt bereikt ontstaan rode vlekjes op de huid die heel erg jeuken. Deze vlekjes ontwikkelen zich tot met pus gevulde blaasjes. Deze pus is erg besmettelijk. Door te krabben, ontstaan nieuwe blaasjes en littekens. Het duurt maar een paar uur tot de uitslag te zien is op het gezicht en de romp. Nadien verspreidt het zich zeer snel naar de rest van het lichaam. Als alle blaasjes tevoorschijn gekomen zijn, verdwijnt de koorts. Na twee dagen zijn de blaasjes zelf uitgedroogd en komen er korstjes op.
Wat is de beste behandeling?
Kinderen hoeven niet behandeld te worden met antivirale middelen. Wel kan men de jeuk bestrijden met een indrogend zinkoxidesmeersel of een schudmengsel. De blaasjes zullen sneller indrogen. Om een secundaire infectie te voorkomen kan de patiënt zich wassen met een desinfecterende zeep. Om donkere littekens te vermijden, is het best om vanaf de uitbraak tot 6 weken nadat de blaasjes verdwenen zijn de huid te beschermen tegen de zon.